Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Maak u op, ga henen af, Achab, den koning van Israel, tegemoet, [28]die in Samaria is; zie, hij is in den wijngaard van Naboth, waarhenen hij afgegaan is, om dien erfelijk te bezitten. 28. Versta, waar Achab woonde, en waar hij op dien tijd, als God deze woorden met Elia sprak, ook persoonlijk was, maar staande op zijn vertrek naar Naboths wijngaard, waar hem Elia zou vinden, ten welken aanzien in de volgende woorden gezegd wordt dat Achab in den wijngaard was; overmits hij daar zou zijn als Elia te Jizreel aankomen zou.